4 Januari is een dag om in te lijsten. Want op die gedenkwaardige dag (in 1997) werd laatste ‘Alvestêdetocht’ verreden, de mythische 200 kilometer lange schaatstocht over Fries natuurijs. Meer dan 16.000 schaatsers stonden toentertijd op het ijs terwijl de rest van het land op zijn kop stond.
Deze ‘Tocht der Tochten’ werd, officieel althans, voor het eerst in 1909 gereden, maar uit een gedicht uit 1749 blijkt dat ene ‘Pier Gezwind’ in één dag alle elf steden op de schaats heeft bezocht. De enige winter die daarvoor in aanmerking komt, hebben weerkundigen berekend, is die van 1740. Zo oud is deze traditie dus.
In 2021 leek het er (heel) even op dat de tocht weer verreden zou worden. De Corona-pandemie, maar vooral het weer gooide roet in het eten. En het uitdrukkelijk verlangen van de organisatie dat naast wedstrijdrijders ook duizenden toerrijders toegelaten moesten worden. Dat kon het ijs van 2021 niet aan.
De tocht heeft een iconische status. In totaal werd hij vijftien keer verreden. Verdrietig is dat veel jonge Nederlanders nog nooit een Elfstedentocht (en de feestelijke opwinding er omheen) hebben meegemaakt. Er heeft nog nooit zo veel tijd tussen twee edities gezeten als nu (zeker 10.000 dagen).
Geen nood, een stel ondernemende en creatieve geesten heeft inmiddels, bij de traditionele startplek in Leeuwarden aan de Sneekertrekvaart, een bijzonder theatercomplex bouwen. Met een heuse ijsbaan waar het theaterspektakel ‘De Tocht’ wordt opgevoerd. Daarbij zijn de toeschouwers getuige van een heroïsch verhaal over vijf vrienden die gezamenlijk de Elfstedentocht rijden. Al snel waren er 125.000 kaarten verkocht.
Met een beetje geluk blijft het niet bij deze ijsmusical, maar gaan we ooit weer een echte Tocht meemaken.
IJs en weder dienende.