Jurriën M. Beek (1879-1965) was een begenadigde Nederlandse kunstschilder die, als kunsthandelaar, zijn eigen werk verkocht. Hij combineerde kennelijk een artistiek en een zakelijk talent.
Hij schilderde landschappen, stillevens, portretten en zeegezichten en liet zich daarbij, naar eigen zeggen, inspireren door de 19e eeuwse landschapsschilder Koekkoek.
Dat leverde bijzondere schilderijen op, waarbij hij de stijl die in zijn eigen tijd populair was, het expressionisme, verbond aan de romantiek van de 19e eeuwse landschapschilders. Terwijl de romantici met hun werken diepe algemeen menselijke gevoelens wilden uitdrukken (en de natuur als een manifestatie daarvan zagen), probeerden expressionistische schilders hun persoonlijke emoties, gevoelens en waarnemingen op het doek te brengen. Anders dan hun romantische voorgangers, lijkt de werkelijkheid op expressionistische schilderijen enigszins vervormd. Het kunstwerk is immers een persoonlijk manifest en geen lofzang op de grootsheid van de natuur.
Op dit werk van Jurriën M. Beek zijn, behalve de sporen van de romantiek en het expressionisme, ook die van een derde kunststroming zichtbaar, die van de ‘Haagse School’ (die sterk beïnvloed was door het impressionisme). Kijk maar naar de wijze waarop het huis, de bomen en de mensen zijn afgebeeld. Het schilderij van Jurriën M. Beek verenigt dus drie kunststromingen.
Jurriën M. Beek werd in Arnhem geboren en woonde daar tot 1929. In die periode schilderde hij vooral landschappen, portretten en stillevens. Ook maakte hij grote wandschilderingen, zoals in de filmzaal van de inmiddels verdwenen Arnhemse bioscoop ‘Flora’.
In 1929 verhuisde hij naar Scheveningen en voegde daar zeegezichten aan zijn oeuvre toe.
Vervolgens woonde hij lange tijd in Den Haag op het Noordeinde, waar hij menigmaal vanachter het raam van zijn atelier op de tweede verdieping straatgezichten schilderde. Vooral tijdens de koude winter van 1947. Als het schilderij af was en de inspiratie uitgewerkt, verplaatste hij het kunstwerk vervolgens, als goed handelsman, naar de etalage van zijn winkel, op de begane grond.
Naschrift:
Ik kocht dit schilderij destijds bij een veilinghuis met een goede reputatie. Die weten wat ze verkopen, zou je zeggen. Maar kennelijk was dat bij dit schilderij niet het geval. Het blijkt helemaal niet door Jurriën M. Beek geschilderd te zijn, maar door een andere kunstenaar, namelijk Anthony Beek. Hoe ik dat weet? Van een ver familielid van Anthony die de signatuur herkende.
Kan ik dus helemaal opnieuw beginnen. Nou, daar gaat ie:
Anthony Beek wordt in1869 geboren in Edam en overlijdt in 1954 in het kunstenaarsdorp Lunteren.
Zijn eerste schilderlessen krijgt hij in Amsterdam, daarna aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Parijs. Aanvankelijk maakt de jonge Anthony Beek vooral monumentale schilderijen, zoals ‘de Nachtwacht van Edam’. Zijn talent wordt door de kunstwereld opgemerkt en al snel gaat hij aan de slag bij een internationaal opererende kunsthandelaar in Amsterdam, die zijn werken exposeert. De schilderijen die hij in deze vroege periode maakt, zijn gebaseerd op het kleurgebruik van Rembrandt en Gerard Dou.
Vanaf 1890 verandert zijn stijl onder invloed van de Amerikaanse kunstenares Alice Dow Engley die hij in Parijs leert kennen. Alice was een zeer getalenteerde schilderes, die grote roem had vergaard met haar aquarellen. Ze was de dochter van Majoor Engley, die als militait adviseur president Lincoln terzijde had gestaan tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog. Alice schijnt een bijzonder persoonlijkheid te zijn geweest. Haar lezingen over kunst werden zeer inspirerend gevonden. Hoe dan ook, haar invloed op het werk van Anthony was gelijk zichtbaar. Zijn werk wordt lichter en subtiel van kleur. Hij trouwt met Alice en ze vertrekken samen naar Nederland. Samen met haar rocht Anthony in 1892 de kunstvereniging ‘Gerard Dou’ op. Met hun woonschip ‘Gerard Dou’, feitelijk een drijvend kunstatelier met twee tentoonstellingszalen, varen zij tussen 1906 en 1914 naar talrijke steden in Nederland, waar het publiek schilderijen kan bewonderen. Bekende Nederlandse, maar ook buitenlandse kunstenaars exposeren hun werken in de speciaal ingerichte zalen van dit kunstschip.
Het avontuur met het woonschip ‘Gerard Dou’ eindigt in 1914. Er is geen droog brood meer mee te verdienen als de Eerste Wereldoorlog uitbreekt. Anthony Beek vestigt zich vervolgens een tijdlang in zijn geboorteplaats Edam, verhuist in 1933 naar Ede en gaat in 1937 in kunstenaarsdorp Lunteren wonen, waar hij de bovenzaal van het station inricht als kunstzaal. Inmiddels is zijn schilderstijl wederom veranderd: tot aan zijn dood blijft hij experimenteren met abstractie, op doek en paneel. Daar is dit schilderij een voorbeeld van.