Twee schilderijen van de Haagse kunstschilder Willem van Roon (1900-1972). Het bovenste oogt in eerste instantie als een klassiek ijsgezicht, waarop we schaatsers over het bevroren Amsterdamse IJ zien zwieren. Toch is het vooral de fraaie Hollandse wolkenhemel, die tweederde van het doek beslaat, die alle aandacht opeist. Van Roon schilderde, in navolging van zijn leermeester Christiaan Soer (1882-1916), veel van dit soort winterlandschappen in min of meer expressionistische stijl. Met vooral fraaie wolkenluchten.
Willem van Roon werd op 24 april 1900 geboren in Vlaardingen. Hij bekwaamde zich in het schildersvak aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag, waar hij les kreeg van Soer, een kunstenaar die tot de tweede generatie van de Haagse School behoorde. Na afronding van zijn studie specialiseerde Van Roon zich in stillevens en vooral landschappen die hij, in navolging van zijn leermeester, schilderde in de stijl van de Haagse School. In 1972 stierf hij in Den Haag, de stad waar hij zijn leven lang gewoond en gewerkt had.
Met deze twee winterlandschappen treedt Van Roon niet alleen in het voetspoor van zijn leermeester Soer. Want beide schilderijen zijn ook nog eens gebaseerd op twee 19e eeuwse schilderijen. Het eerste (‘IJspret op het bevroren IJ’) is van de hand van de romantische schilder Nicolaas Johannes Roosenboom (1805-1880) en het tweede (‘Winterlandschap met schaatsenrijders’) is van Johannes Kleijn (1817-1897).
Hij wa dus een ‘navolger’ van Roosenboom als Kleijn die, op hun beurt, leerlingen waren van de fameuze Haagse kunstschilder Schelfhout (1787-1870), de grootvorst van de winterlandschappen. Schelfhout maakte het genre van winterlandschappen enorm populair in de 19e eeuw. Niet alleen in ons land, maar ook in het buitenland. Zijn invloed reikte ver, ook in de tijd trouwens. Kijk maar naar deze twee schilderijen van Willem van Roon, die zonder Schelfhout nooit geschilderd zouden zijn.